Zorginstellingen kunnen getroffen worden door de verhuurderheffing. De jurisprudentie is schars. Interessant is het vonnis van de Rechtbank Gelderland. De Rechtbank heeft geoordeeld dat de verhuurderheffing bij een verhuurder van hofjeswoningen leidt tot een zodanig buitensporige last dat deze heffing achterwege moet blijven.
De belastingplichtige doet onder meer een beroep op artikel 1 van het Eerste Protocol van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). De Rechtbank is het eens met de belastingplichtige dat verhuurders van hofjeswoningen een bijzondere positie innemen. Sloop of uitponding van deze woningen is niet goed mogelijk en ook was de financiële speelruimte beperkt.
De rechtbank komt tot de conclusie dat de verhuurderheffing zonder nadere maatregelen leidt tot een structurele verliessituatie. Vermindering van uitgaven aan onderhoud of verlaging van de afschrijving acht de rechtbank in de gegeven omstandigheden niet mogelijk. Een huurverhoging komt in casu niet alleen in strijd met de doelstellingen van de belastingplichtige, maar bovendien zou een huurverhoging van bijna 15% noodzakelijk zijn.
Er resteert dan alleen een verkoop van de woningen. Dit acht de Rechtbank echter een te vergaande inbreuk op het eigendomsrecht van de betreffende verhuurder. Waardoor verhuurderheffing achterwege blijft.
De jurisprudentie over de verhuurderheffing blijft casuïstisch. Met deze vonnis van de Rechtbank Gelderland lijkt ruimte te bestaan om, in geval van bijzondere omstandigheden, geen verhuurderheffing te moeten betalen.