Transformatie sociale domein net begonnen

Gemeenten en ondersteunende organisaties hebben veel aandacht besteed aan de basisvoorwaarden voor de decentralisatie: financiën, inkoop, elkaar leren kennen, het opzetten van de toegang en de organisatie van de zorg en ondersteuning. Drie jaar na de decentralisaties (WMO, jeugdzorg) is de toegang tot zorg en ondersteuning nog steeds ingewikkeld, is de regie nog niet helder belegd en blijft informatie delen complex. De transformatie is nog maar net begonnen.

Oplossingsrichtingen volgens de inspecties

 1. Goed luisteren naar wat de burger belangrijk vindt

Wijkteams werken nog onvoldoende samen en partijen vanuit de zorg (huisarts, ggz, jeugdzorg) zijn nog nauwelijks aangesloten. Dat maakt dat bijna iedereen nog vanuit zijn eigen hokje kijkt naar de burger die zelfredzaam zou moeten zijn. Luisteren met open oren en meedenken in de echte vraag van de burger vraagt een heel andere houding. Hoe die gedragsverandering vorm moet krijgen wordt helaas niet verder uitgewerkt.

2. Regie nemen in de lokale uitvoeringspraktijk en informatie goed delen

“Om regie te kunnen voeren is het cruciaal dat betrokken professionals duidelijke taken en verantwoordelijkheden hebben. Het vastleggen van taken en verantwoordelijkheden, en hier regie op voeren, zorgt voor goede informatiedeling.”
Door procesverbeteringen in te kleuren hoopt de inspectie dat het gedrag verandert. Structuur en geen cultuur. Waar hebben we dat meer gezien, en zien mislukken?
Wat ontbreekt is het nemen van eigenaarschap: “we lossen dit op”. Het echte gesprek over de bedoeling, en dan met elkaar het gesprek voeren in hoeverre het gedrag daarbij past, van zowel de burger als het team. Als ieder die rol pakt, kan één regisseur met de burger een totaalplaatje maken van wat nodig is, en kan het team dat samen waarmaken. En dan is ook voor iedereen duidelijk welke informatie waarom gedeeld moet worden, en welke niet.

3. Integraal budget

Maak het zo gemakkelijk mogelijk voor burgers om zorg en ondersteuning te ontvangen waaraan zij behoefte hebben en die passend is. Gemeenten kunnen hierin veel betekenen door één integraal budget aan te bieden (voor een persoon of gezin, vanuit verschillende wetten).
Dat vraagt naast eigenaarschap ook het vermogen om creatieve oplossingen te vinden, waarbij wegen worden gevonden tot verantwoording achteraf én over het geheel (in plaats van regeltjes vooraf en per onderdeel). Hierin kan een belangrijke doorbraak schuilen van gedrag en attitude. Maar dat gaat niet vanzelf. “Tussen droom en daad staan wetten en praktische bezwaren .” (Willem Elschot)

Beschouwing

 De inspecties zetten sterk in op procesverbeteringen en structuuraanpassingen. Daarmee wordt weliswaar een transitie verder vorm gegeven, maar in hoeverre gaat het ook echt leiden tot een transformatie? In mijn perspectief is een fundamentele gedragsverandering hiervoor nodig. En dat vraagt veel meer dialog over de werkelijke bedoeling van deze transformatie (uitgaan van zelfredzaamheid en aanvullend bieden van datgene wat nodig is voor datgene wat voor deze burger/situatie het belangrijkste is, ook in de ogen van de burger zelf). Om vervolgens het met elkaar te kunnen hebben over eigenaarschap (we lossen dit op) en waarmaken. Dat vergt het overstijgen van regeltjes vooraf per onderdeel. En dat vraagt weer lef van betrokkenen. Cultuurbeweging dus in plaats van structuuraanpassingen.

Welke gemeente pakt deze uitdaging dermate op dat in het jaarboek 2018 of 2019 geconstateerd kan worden dat de transformatie in deze gemeente haar dieper liggende doelen heeft bereikt? Ook volgens de burgers.

 

Ger Haan