Wmcz 2018: de veranderingen op een rij

Inleiding

Het verbeteren van de medezeggenschap van cliënten in de zorg kent een bewogen geschiedenis, die nog niet ten einde is. De laatste ontwikkeling is de herziening en verbetering van de Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen (Wmcz). Dit heeft geresulteerd in het wetsvoorstel Wmcz 2018 dat op 21 mei 2019 is aangenomen door de Eerste Kamer. Het ontwerpbesluit over de reikwijdte van het instellen van een cliëntenraad is ondertussen gepubliceerd in het Staatsblad. De beoogde invoeringsdatum van de Wmcz 2018 is 1 juli 2020.

Het doel van de Wmcz 2018 is het verstevigen van de positie van de cliëntenraden door deze raden meer rechten te geven. Op bepaalde onderwerpen is niet langer advies van de cliëntenraad nodig, maar wordt instemming van de cliëntenraad een vereiste.

Hieronder staan de belangrijkste wijzigingen ten opzichte van de huidige wet op een rij.

Veranderingen Wmcz 2018

  1. Vereiste van een medezeggenschapsregeling: de instelling moet in overleg met de cliëntenraad (of als die er niet is een representatieve cliëntenvertegenwoordiging) een medezeggenschapsregeling vaststellen. Deze regeling moet vastleggen hoe een cliëntenraad betrokken wordt bij de voorbereiding van besluiten inzake:

a) een wijziging van de doelstelling van de instelling;
b) een fusie of duurzame samenwerking waarbij de instelling is betrokken;
c) een overdracht van de zeggenschap over de zorg of een onderdeel daarvan;
d) een ingrijpende verbouwing, nieuwbouw of verhuizing;
e) de selectie en benoeming van personen die leiding geven.

Daarnaast moet er in de medezeggenschapsregeling staan hoe de taken en bevoegdheden verdeeld worden, wanneer een instelling meerdere cliëntenraden heeft.

  1. Instemmingsrecht in plaats van verzwaard adviesrecht: cliëntmedezeggenschap is natuurlijk vooral van belang wanneer het gaat om de zorgverlening. Daarom wordt de medezeggenschap van cliënten versterkt. Voor besluiten die de kern van de zorgverlening raken en die van grote invloed zijn op de zorgverlening en de levenssfeer van cliënten, geldt niet langer – zoals onder de Wmcz – een verzwaard adviesrecht, maar geldt onder de Wmcz 2018 een instemmingsrecht. Dit betekent dat het bestuur van de instelling zo’n besluit niet kan nemen zonder instemming van de cliëntenraad. Neemt een instelling een dergelijk besluit zonder instemming van de cliëntenraad of toestemming van de commissie van vertrouwenslieden, dan is dat besluit nietig (indien de cliëntenraad binnen een maand een beroep op die nietigheid doet).
  2. Cliëntenraad krijgt recht van enquête: het recht van enquête is een zwaar instrument die ingezet kan worden om geschillen te beslechten binnen ondernemingen. Aan alle cliëntenraden van instellingen met rechtspersoonlijkheid komt het recht van enquête toe. Hierdoor is het mogelijk om gedragingen van het bestuur en het toezichthoudende orgaan door de Ondernemingskamer van het Gerechtshof te Amsterdam te laten onderzoeken.
  3. Bekostiging en scholing cliëntenraden: cliëntenraden krijgen meer scholingsmogelijkheden. De Wmcz 2018 verplicht instellingen om de cliëntenraad toegang te verschaffen tot de noodzakelijke voorzieningen. De instelling moet aan de cliëntenraad financiële middelen ter beschikking stellen die de raad nodig heeft voor de vervulling van zijn werkzaamheden. Denk onder meer aan kosten die verband houden met scholing, onafhankelijke ondersteuning of het voorleggen van een geschil aan een commissie van vertrouwenslieden.
  4. Contact met de achterban: het kan voorkomen dat een cliëntenraden zich op grote afstand bevindt van de cliënt. Dit komt vooral voor bij grote instellingen. Daarom is de instelling verplicht om de cliëntenraad, wanneer daarom wordt verzocht, hulp en ondersteuning te verlenen bij het inventariseren van de behoeften van zijn achterban.
  5. Toezicht door de IGJ: de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) wordt het toezichthoudend orgaan ingevolge de Wmcz 2018. Wanneer een instelling zijn verplichtingen niet nakomt, kan daar niet langer over geklaagd worden bij de kantonrechter maar zal er een klacht ingediend moeten worden bij de IGJ.
  6. Openbaarmaking van vacatures: vacatures voor de cliëntenraad dienen openbaar gemaakt te worden. Dit om te bevorderen dat de samenstelling van een cliëntenraad representatief is voor de achterban en om te voorkomen dat bestuurders hun eigen netwerk gebruiken om leden te werven.
  7. Ontbinden cliëntenraad: in de praktijk is soms sprake van situaties waarin de verhoudingen binnen een cliëntenraad zo verstoord zijn dat van behartiging van de gemeenschappelijke belangen van de cliënten geen sprake meer is. Daarom is in de Wmcz 2018 de mogelijkheid opgenomen om – onder strikte voorwaarden – een cliëntenraad die structureel tekort schiet te ontbinden.
  8. Vervallen verslagplicht: er is één verplichting uit de oude Wmcz die komt te vervallen, namelijk de verplichting om een verslag op te stellen over de wijze waarop de Wmcz is toegepast en om dit verslag openbaar te maken.

Slot

De invoering van de Wmcz 2018 zal voor instellingen die nog geen werk hebben gemaakt van cliënt medezeggenschap een forse verandering betekenen.
Vragen daarover, neem gerust contact op.

Henry Goverde

Telefoon 06 5315 3456
E-mail: henry.goverde@dispicio.nl